Vandaag kreeg ik een telefoontje van hoe heet ze nog maar. Ze had vorige week voor het eerst gebeld. De R bank, kan ook zijn de Y bank of de A bank, wilde haar financiering opzeggen. Of dat zo maar kon? “Nee”, vond ik, “dat kan wel . Maar niet zo maar. Er is wel een overeenkomst.” Dus we spraken af dat zodra de G bank de opzeggingsbrief in de bus zou doen. Dat ik dat namens haar gemotiveerd zou afwijzen. Maar ik had haar ook even langs een samenwerkende financieringspartij gezonden. Voor een aanvullende hypotheek. Ook met negatieve BKR in dit geval. En ook voor haar zoon die nog te jong werd bevonden voor het kopen van een huis. Door de bank dan wel te verstaan. Wel een vaste baan, net zoals zijn vriendin. Ook een vaste baan. Wel jong dus. Maar goed. Mijn samenwerkende financieringsspecialist had haar gemeld dat het wel zou lukken allemaal. Hier ben ik dus al klaar voordat ik begonnen was.